presentaties en presentaties
6% vrijstelling
De vrijstelling voor uitvoerende kunstenaars is gebaseerd op artikel 44, tweede lid, 8 van het Btw-Wetboek.
Volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie moeten vrijstellingen restrictief worden uitgelegd.
De vrijstelling geldt enkel voor diensten aan de organisatoren en niet voor diensten verleend door de organisatoren. Zo is de toegang tot een vergadering of optreden in principe altijd belast, ook bij een zelfgeorganiseerd optreden (tenzij de vrijstelling van art. 44 § 2, 9 WBT van toepassing is).
Artistieke prestaties van uitvoerende kunstenaars zijn vrijgesteld van btw als aan ALLE volgende voorwaarden is voldaan:
Eerste voorwaarde:de dienstverlener moet een performancekunstenaar zijn
performance artiesten | geen performancekunstenaar |
orkest leiders muzikanten chauffeurs circus artiesten Regisseur van theaterwerken of films. Mensen die documentaires of animatiefilms maken. Mensen die de vertaling van een film opnemen. Componisten luidsprekers komieken mannequins het model op de foto Sprekers op een modeshow Enz | decorateurs Grimeurs Kapper Accessoires kostuum ontwerpers blazers cameramannen geluidstechnici film-editors van de zakenman mensen die advertenties schrijven Enz |
De rigide manier waarop bepaalde diensten als niet-artistiek worden bestempeld, is op zijn zachtst gezegd discutabel: er lijkt weinig reden om te beweren dat de rol van kostuumontwerper of filmredacteur niet bijdraagt aan de artistieke creatie van een toneelstuk of een film. . De Gentse rechtbank oordeelde echter dat de vrijstelling strikt moet worden opgevat.
De vrijstelling geldt alleen voor uitvoerende kunstenaars die daadwerkelijk acteren, optreden, spelen of optreden. Wie enkel ondersteunende taken uitvoert en niet zelfstandig handelt, kan geen aanspraak maken op de vrijstelling, ook al is zijn bijdrage noodzakelijk (Gent, 6 juni 2006, T.F.R., 15 januari 2007, n.
In het verleden ging de Administratie ervan uit dat alleen uitvoerende kunstenaars die NIET georganiseerd waren in een rechtspersoon (vzw, BV, NV, enz.) een beroep konden doen op de vrijstelling. Rechtspersonen rekenen 6% btw op hun aandelen. Tabel A van koninklijk besluit nr. 20 bepaalt namelijk dat "diensten bestaande in de voorstelling van toneelstukken, balletten, muziekstukken, circus-, variété- of cabaretvoorstellingen en soortgelijke activiteiten en die behoren tot de normale activiteit van acteurs, dirigenten, muzikanten en 6% van de andere artiesten komt eraan. Een belangrijke uitzondering hierop vormen alle reclamegerelateerde diensten. Zij zijn onderworpen aan het basistarief van 21% (zie verder).
Het onderscheid tussen rechtspersonen vs. andere mensen werd als oneerlijk beschouwd.
Dat dacht ook de Luikse rechtbank. In navolging van de Europese jurisprudentie van het Hof van Justitie oordeelde het dat de uitsluiting van rechtspersonen van de vrijstelling voor uitvoerende kunstenaars in strijd was met de Europese richtlijn en het gelijkheidsbeginsel (Luik, 18 november 2004, Fiscologist, 984, 19).
Naar aanleiding van deze jurisprudentie heeft de Belastingdienst dit onderscheid willen schrappen. In een parlementaire zaak is aangekondigd dat vanaf 1 oktober 2005 de vrijstelling voor uitvoerende kunstenaars ook gaat gelden voor 'rechtspersonen en groepen'.
Het bericht zorgde echter voor veel opschudding in de kunstensector. Toepassing van het vrijstellingsregime zou impliceren dat rechtspersonen die in het verleden btw in rekening hebben gebracht en dus ook rekening houden met de aftrek van vooruitbetaalde btw, de in aftrek gebrachte btw zouden moeten herzien en teruggeven. Na kritiek uit de artistieke sector werd het besluit om ook rechtspersonen aan de vrijstelling te onderwerpen meermaals uitgesteld. Ten slotte werd door de administratie aangekondigd dat de toepassing van de verlenging van deze vrijstelling voorlopig niet verplicht is voor rechtspersonen en dat zij dus kunnen kiezen om al dan niet voor de vrijstelling te kiezen. Een wijziging van de btw-wetgeving wordt in de toekomst verwacht om duidelijkheid te verschaffen.
Tweede voorwaarde:de medecontractant moet een show- of concertorganisator, muziekuitgever of filmmaker zijn.
Show- en concertorganisatoren: zij zijn de mensen of groepen die het thema bepalen, de spreker(s) lokaliseren, de waarde van deelname vaststellen en aanwezigheid bij de presentatie eisen. In werkelijkheid is het die persoon of groep die op het reclamebord of programma verschijnt als de verantwoordelijke organisator in de publieke belangstelling.
Uitgevers van grammofoonplaten: De vergoeding van platenuitgevers aan uitvoerende kunstenaars (zogenaamde royalty's), die over het algemeen wordt vastgesteld als een percentage van de platen- en cd-verkoop, is daarom vrijgesteld van btw.
Filmregisseurs en andere beelddragers: zij zijn de producenten die op het hoogste niveau verantwoordelijk zijn voor de totstandkoming van de film en zij die verantwoordelijk zijn voor de realisatie ervan. Enkele jaren geleden stelde de administratie vast dat diensten aan televisie- of radiozenders niet konden genieten van de vrijstelling (behalve voor programma's met live-aanwezigheid), maar de administratie besliste in 2004 dat de btw-vrijstelling ook kon worden toegepast op radio en televisie. presentaties zonder gehoor (resolutie nr. ET 106.882 van 28 juni 2004, ziewww.fisconetplus.es).
De aangerekende diensten zijn uitsluitend voor de realisatie van een artistieke uitvoering (concert geven, ballet vertolken, enz.):
artistiek logboek | Het is geen artistieke prestatie. |
Acteren, zingen, declameren, declameren, tolken en diensten die deel uitmaken van de gebruikelijke activiteit van artiesten en live worden uitgevoerd in culturele centra, theaters, concertzalen, operahuizen, circustenten, enz. | Plaats reclameboodschappen grammofoonplaten verkopen Foto's of brochures die tijdens een optreden door bedrijfsleden aan toeschouwers worden verkocht. daad van aanwezigheid zitting in een jury gesneden linten in dienst nemen Enz |
De voorbeelden worden in detail besproken in een administratieve mededeling uit 1997 (Notice 13 van 19 november 1997, Rev. VAT, no. 131, 1092 – 1107, te vinden opwww.fisconetplus.es)
leveringen van goederen
Vrijstelling voor btw-vrijgestelde belastingplichtigen (Artikel 44, § 2, 13 Btw-Wetboek)
Voorbeeld: U bent performancekunstenaar en u voldoet aan alle voorwaarden van de vrijstelling. U rekent geen btw aan op uw facturen en u kunt geen btw aftrekken op uw inkomende facturen. Als u een piano heeft aangekocht die u gebruikt voor uw activiteit als uitvoerend musicus, kunt u de daarop aangerekende btw dus niet aftrekken. Stel, je verkoopt de piano na een paar jaar. De verkoop van piano's is niet expliciet vrijgesteld. Dit betekent dat u over die verkoop alsnog btw moet innen. Dit is niet het geval onder de volgende voorwaarden:
- de piano werd gebruikt voor gratis activiteiten;
- hij had geen recht op aftrek bij de aanschaf van de piano.
recordverkoop
Overigens 21%
De verkoop van cd's valt niet onder het verlaagde tarief. Ondanks oproepen van veel artiesten aan de Europese Commissie wordt op de cd-verkoop nog steeds 21% btw geheven.
Aankondiging
Overigens 21%
De 6% belast de diensten bestaande uit de voorstelling van toneelstukken, balletten, muziekwerken, circus, variété of cabaret en soortgelijke activiteiten en die behoren tot de normale activiteit van acteurs, dirigenten, muzikanten en andere artiesten.
Een belangrijke uitzondering vormen alle reclamegerelateerde diensten. Zij zijn onderworpen aan het basistarief van 21%. Voorbeelden: een acteur die een commercial speelt of een reclameboodschap inspreekt, rekent 21% btw over zijn optreden. Ook een artiest die optreedt als onderdeel van een reclamecampagne van een bedrijf, rekent 21% btw aan voor zijn diensten.
platenlabel copyright
Vrijstelling (art. 44, § 2, 8e BTW)
Vergoedingen (royalty's genoemd) die uitgevers aan uitvoerende artiesten betalen, doorgaans uitgedrukt als een percentage van de platen- en cd-verkoop, zijn vrijgesteld van btw. Dit is alleen het geval als de artiest optreedt als natuurlijk persoon. Indien u als uitvoerder ook de componist van de liederen bent, lees dan ook de auteurs en componisten (instructie 13 van 19 november 1997, BTW Rev., nº 131, 1092 – 1107, ziewww.fisconetplus.es).
Toewijzing van naburige rechten
6% btw (tabel A, diensten, XXIV, KB nr. 20)
Indien de uitvoerende kunstenaar voor de overdracht van zijn naburige rechten een andere vergoeding ontvangt dan een royalty, is het verlaagde tarief van 6% van toepassing. Het artikel bepaalt dat de overdracht van auteursrechten en de toekenning van auteursrechten, met uitzondering van die met betrekking tot computerprogramma's, onderworpen zijn aan 6% (tabel A van koninklijk besluit nr. 20). Het management verstaat auteursrecht als auteursrecht (de rechten van de maker) en naburige rechten (de rechten van de uitvoerende kunstenaar). Voorbeeld: Een muzikant krijgt een vergoeding van een website-eigenaar omdat zijn liedjes op de website te horen zijn. Deze dienst is onderworpen aan 6% BTW.
Bij brief van 25 november 1971 voerde de administratie echter een uitzondering in: als auteurs of componisten een beroep doen op Sabam of een andere vennootschap belast met de inning van royalty's voor de openbare uitvoering van artistieke werken, worden ze niet als btw-plichtigen beschouwd. Indien deze auteurs geen andere btw-activiteiten uitoefenen, hoeven ze dus geen btw-nummer aan te vragen (instructie nr. 166 van 25 november 1971, ziewww.fisconetplus.es).
Anderen
21%
Indien de leveringen en diensten niet zijn vrijgesteld van btw (artikel 44 WBTW) of niet onderworpen zijn aan het verlaagde tarief (tabel A van KB nr. 20), wordt het normale tarief van 21% toegepast.